KATTENGEDICHTEN 5

 

Babbelaar

 

Als katten praten konden

wat zei ze dan tot jou?

Bedankt voor het lekkere eten

Dat ik kreeg van jou?

Je zou haar kunnen vragen

wat zij vandaag weer deed.

Ze zou kunnen zeggen:

Ik schrok weer van die auto

Die rakelings langs mij reed.

Of verhalen van haar vriendje

Een paar huizen verderop.

Het zou misschien wel leuk zijn

maar nog zo’n babbelaar…

Je kwam beslist met werken

Nog in geen uren klaar!

Nu geeft ze je spinnend kopjes

En klautert op je schoot.

Het gaat met poesjes als met kinderen,

Ze zijn zo heel vlug groot!

Rechten

Een boerderijkat heeft vaak geen rechten,

hij leeft onder de zon,

slaapt in het stro bij volle maan,

een boerderijkat die moet vechten

voor een beetje redelijk bestaan.

Een boerderijkat krijgt geen Whiskas,

Hij scharrelt zijn eigen kostje bij elkaar,

een boerderijkat die moet blij zijn

als hij nog leeft op zijn tiende jaar,

Als hij ziek wordt of gewond raakt

is het echt gedaan met hem.

Weggedoken onder een heg,

aangereden langs de weg,

weggekropen in een stal,

aangeschoten of in een val,

niemand die hem aan wil raken,

hooguit om hem af te maken.

De boerderijkat heeft meestal geen rechten,

naamloos sterft hij bij volle maan,

een ander zal zijn plaats innemen,

en dezelfde weg opgaan.

Poes


Je loopt vaak langs mijn been op zoek naar aandacht.
Ik geef je dan een streling over jouw zachte dikke vacht.

Kriebel ik je bij je nekje, dan begin je te brommen.
Komt er een andere poes, dan begin je steevast te grommen.

Je maakt dan een hoge rug en een staart pluizig en dik.
Ben je later weer bij mij, dan geef je me weer een lik.

We leren elkaar zo steeds beter kennen.
Meer hebben we niet nodig om elkaar te verwennen.

De kattenschool

Als een poes naar school toe gaat,
leert ze enkel kattekwaad.
Ze leert er mauwen met afgrijselijke klank,
haar nagels te scherpen aan stoel of aan bank.

Ze volgt de cursus, poes is niet stom;
'Hoe gooi ik thuis de vaasjes om.'
Ze leert op school met scherp verstand;
'Hoe verniel ik de papyrusplant.'

Ze leert er ook tot schrik van de baas
biefstukjes stelen en plakken kaas.
Een geleerde kat die blijft in leven;
leert de ijskast kopjes geven.

Poezepoes


He, poezepoes
ja, jullie twee
dribbelend hier in huis
spelend, rennend met elkaar
ja, ik weet het dit is jullie thuis

Ho, poezepoes
ja, jullie twee
al vroeg het warme nest verlaten
ik zie het jullie liggen op de loer
voor de dweil die beweegt over de vloer

Ha, poezepoes
ja, jullie twee
jullie zijn leuk om te zien
lief, spelend bovendien
ja, ik weet het jullie willen weer spelen
poezepoes het mag, jullie kunnen mij niet vervelen

Slaap maar lekker verder
'k stoor jullie niet meer
mijn werk is gedaan
zal weer stilletjes naar mijn huis toe gaan
dag poezepoes, tot de volgende keer

   

Dikke kater

Ik zag een vette kater,jagen op een mus.
Maar dat was voor die dikzak, nog een hele klus.
Om die mus te grijpen, bij z'n mussennek,
Want ook die mus die keek wel uit,dat beest dat was niet gek,
Zo had die dikke vetzak op die mus geen vat,
vroeger was hij vlugger,toen hij nog ballen had.

© Bosnimfskattenkolder